Bijlagen
Ook wel appendices (enkelvoud: appendix) genoemd. Bijlagen kunnen zijn: kopieën van archiefstukken, illustraties, grafieken, tabellen, figuren, etc.
Hiervoor geldt ook weer: alleen als ze echt noodzakelijk zijn voor de verduidelijking van je hoofdtekst moet je ze gebruiken. Om te besluiten of bovenstaande voorbeelden inderdaad in een bijlage opgenomen moeten worden, of een plaats verdienen in je tekst, moet het volgende afgevraagd worden:
- Is het stuk van belang voor het verloop van je betoog en is het niet te lang? Dan verdient opnemen in de hoofdtekst de voorkeur.
- Is het van ondergeschikt belang, of van belang voor meerdere passages in je hoofdtekst, maak er dan een bijlage van.
Wat je ook besluit, zorg in beide gevallen (of je de stukken nu opneemt in de hoofdtekst of als bijlage) voor duidelijke titels, bronvermeldingen en, per stuk, voor goede noten.
Als je ze opneemt als appendices, worden deze achterin je werkstuk/scriptie opgenomen. Vermeld de appendices ook in je inhoudsopgave.