Primaire bronnen
Drs. Carla de Glopper-Zuijderland is universitair docent paleografie aan de Universiteit Utrecht. In het bovenstaande filmpje spreekt zij over het belang van archiefonderzoek.
Primaire bronnen zijn grof gezegd stukken ‘bewijsmateriaal’ die dateren uit de periode van het onderzochte onderwerp, zoals de Apologie van Willem van Oranje, de Handelingen van de Staten-Generaal of de letterlijke tekst van een verdrag. Het onderscheid tussen secundaire literatuur en primair bronnenmateriaal is niet absoluut, want een boek kan bij onderzoek fungeren als primaire bron.
Bij primaire bronnen denken we in eerste instantie aan:
- persoonsgebonden documenten (dagboeken, brieven, memoires, autobiografieën, voordrachten, interviews, foto’s, etc.)
- officiële documenten (overheidsdocumenten, statistieken, bedrijfsgegevens etc.)
- kunst (poëzie, muziek, schilderkunst, film, literatuur etc.)
- materiële cultuur (kleding, werktuigen, gebouwen, speelgoed, voertuigen, monumenten etc.)
- nieuwsbronnen (kranten, tijdschriften, pamfletten, plakkaten etc.)
Primaire bronnen bevinden zich over het algemeen in archieven. Ook bestaan er bronnenpublicaties, dat wil zeggen boeken of internetsites met verzamelde bronnen over een bepaald thema of van een bepaald medium, bijvoorbeeld een historische krant. Tenslotte bestaan er publicaties (vaak gids genoemd) waarin lijsten staan met vindplaatsen van bronnen. Daarin kan je nagaan in welk archief bepaalde bronnen zich bevinden. Door het internet zijn dit soort gidsen bij het speuren naar archiefmateriaal minder belangrijk geworden. Zo is de ‘Gids van in Nederland aanwezige bronnen betreffende de geschiedenis van Nederlands-Indië/Indonesië, 1816-1942’ een gids die je kan gebruiken om bronnen te vinden over de geschiedenis van Nederlands-Indië. Raadpleeg voor de vindplaats van bronnen de repertoria en archiefgidsen.
Voor een correcte omgang met sommige bronnen (bijv. archeologische vondsten, oud schrift, munten, kalenders, statistische gegevens) is het belangrijk dat je gebruik maakt van zogenoemde hulpwetenschappen zoals de archeologie of de statistiek.